Nagy Somló

Oppervlakte: 514 ha (2020)

Voornaamste druivenrassen: Juhfark, Olaszrizling, Furmint, Hárslevelű

Wijnhuis: Zsirai

Een kleine maar ó zo fijne regio met onder andere de Juhfark als dé perfecte druif om het terroir weer te geven. We bevinden ons 40km ten noorden van het Balatonmeer op een uitgedoofde vulkaan van 341m hoog. Je voelt meteen de essentie van Somló als je er een glas van aan je lippen zet. Het unieke smaakprofiel is vooral te danken aan de bodem en de houtlagering. De wijnen zijn mineraal, ziltig en je kan er net zoals in Tokaj ook wat vuursteen in terugvinden. Door hun mooie zuurtegraad hebben ze ook een mooi bewaarpotentieel.

-De bijnaam voor de regio is “Isten ittfelejtett kalapja” of de vergeten hoed van God, de uitgedoofde vulkaan heeft met wat verbeelding immers de vorm van een hoed.

Juhfark betekent letterlijk schapenstaart, en verwijst naar de vorm van de druiventros.

-Alle wijnmakers uit Nagy-Somló zijn overeengekomen om vanaf 2023 als eerste in het land verplicht volledig biologisch te werken.

 

“ISTEN ITTFELEJTETT KALAPJA”

     Vörösmarty Mihály (1800-1855)

 

De kracht van vulkanische bodem

Vulkanische wijnen zitten in de lift. Denk maar aan de opkomende wijnen uit Lanzarote, de epische wijngaarden op de flanken van de Etna in Sicilië of de assyrtiko-wijnen uit Santorini.

Wijnkenners durven laten zich al leiden in hun wijnkeuze op basis van bodem en terroir, waar de liefhebbers zich eerder laten leiden door de druivensoort wanneer ze hun wijnen kiezen. We voelen meer en meer aan dat de grond waar de wijnstokken zich op bevinden een cruciale factor kan spelen in de smaak van het eindproduct. Twee wijnen gemaakt van dezelfde druiven op twee verschillende bodems, die soms slechts enkele honderden meters uit elkaar liggen, kan een totaal andere smaak geven.